Wat ik mis
Het is feest, meldt de nieuwsbrief van een door Nederlanders gerund restaurant aan de kust.
27 April is in Nederland Koningsdag en hier Freedom Day dus voor het restaurant aanleiding om dat dubbel te vieren met oranje tompoucen en verse haring. Niet tegelijk natuurlijk. Hoewel het allebei lekker is, lijkt me de combinatie niet echt top.
Ik kan me nog herinneren jarenlang geleden vierhonderd kilometer op en neer naar Kaapstad te zijn gereden om drie Hollandse nieuwe te kunnen eten. Ja, ik schaam me daar nog voor! Maar nu kan ik niet de moeite doen om naar de kust te rijden. Na jaren in Zuid-Afrika verandert je smaak, denk ik. Begrijp me niet verkeerd, ik ben nog steeds dol op kroketjes, haring, boerenkool en gerookte paling, maar blijkbaar niet meer zo erg.
In het begin had ik hele ritsen verlanglijstjes met wat bezoekers mee mochten brengen. Hoe vaak heb ik niet gewenst dat we hier een HEMA of Ikea hadden. Wist je dat er in heel Afrika geen dweil of schrobber te koop is? Theedoeken zijn hier flinterdunne lapjes stof die een wasbeurt in de wasmachine nauwelijks overleven. Maar de mens past zich aan en je verzint oplossingen.
Wist je dat overtrekpapier hier bijna niet te krijgen is? En als je het al ziet, is het vreselijk duur. Patroonpapier om kleding te maken bestaat hier niet. Maar ach, met krantenpapier kom je ook een heel eind. Bijkomend voordeel is dat bijna alle kranten hier nog van het ouderwets groot formaat zijn dus dat schiet lekker op.
Na zo’n tien jaar in Zuid-Afrika mis ik spullen uit Nederland niet meer. Toch is er wel iets wat mij met jaloezie vervult. Het wisselen der seizoenen gaat hier zo snel dat je het soms niet eens meekrijgt. De ene dag is het zo warm dat je lekker kunt zwemmen en de volgende dag moet je op zoek naar een lange broek en een vest.
Natuurlijk is zelfs ons winterweer nog steeds zonnig en zo rond de twintig graden, maar dat betekent hier koud. Het weerbericht noemt temperaturen onder de twintig graden ook steevast bibberweer. Belachelijk, vind mijn bezoek uit Nederland die in zomerkleding in het zonnetje zit. Maar weet je, onze huizen zijn gebouwd op de warmte en niet op de kou. Maar ook dat probleem heb ik door de jaren heen met Nederlandse doortastendheid opgelost.
Toch bespeur ik een zekere jaloezie als mijn familie in Nederland praat over die mooie, vroege voorjaarsdagen waarin je met een dikke jas aan op een terras zit. Waarbij je om je heen het nieuwe frisse groen aan de bomen ziet en die typische frisse kou in de ochtend waarin je de lente kunt ruiken. Dat mis ik! Zeker nu wij niet de zomer maar de winter in gaan. Geniet van het voorjaar en denk maar niet aan mij hier in Zuid-Afrika!
Over Han
Han Gunst besluit in september 2006 haar lang gekoesterde droom te verwezenlijken en van haar favoriete vakantieland haar nieuwe vaderland te maken. Ze woont in Montagu, een charmant dorpje in Zuid-Afrika. Ze organiseert op maat gemaakte reizen door Zuid-Afrika om haar liefde voor dit land met anderen te delen. Ze geniet volop van de adembenemende natuur en het dagelijks leven op het Afrikaanse platteland. En ze schrijft graag over dit prachtige land dat zo verschilt van Nederland!