De afgelopen 10 dagen heb ik een intense training voor Life Coach en NLP Practitioner doorlopen, en ik kan jullie met trots vertellen dat ik met vlag en wimpel ben geslaagd. Het was niet makkelijk, en de dagen waren lang met praktische training overdag en zelfstudie in de avonden. Maar het moeilijkste van alles was de confrontatie met de urban jungle genaamd Johannesburg.
Een hoop mensen hebben een beeld van Johannesburg als een levensgevaarlijke stad, waar je op elke straathoek beroofd, verkracht en vermoord kan worden. Ja, er is misdaad in Johannesburg zoals in elke grote stad. Maar een aantal gedeeltes van Joburg of Jozi zijn modern, hip en veilig, zolang je je maar houdt aan de basisregels van een grote stad. Onlangs had ik een klant die een aantal nachten wilde logeren in Maboneng, een nieuwe, trendy buurt met theaters, restaurantjes, cafés op de daken en stijlvolle hotels. De buurt is perfect om te voet te verkennen, met of zonder gids, en elke avond is er wel iets gezelligs gaande. Als je geïnteresseerd bent in moderne architectuur en graag mingled met nieuwe culturen, dan is Jozi de stad voor jou.
Maar, en je voelde 'em waarschijnlijk al aankomen, het wegennetwerk is gecompliceerd genoeg dat je bijna niet zonder GPS in je auto stapt. En het verkeer is, voor iemand zoals ik, zo chaotisch dat je jezelf niet meer kan horen denken. Iedereen heeft haast, overal rijden taxi busjes die nooit aangeven dat ze gaan stoppen of van baan gaan veranderen, een hoop vrachtwagens vallen zowat uit elkaar van ellende, mensen met snelle auto's willen perse 160 km per uur rijden en dan zijn er nog de mensen die waarschijnlijk hun rijbewijs op de zwarte markt hebben gekocht (ja, dit is mogelijk in Zuid-Afrika) in plaats van zwetend hun rijlessen doorlopen te hebben. Mensen lopen langs de wegen, steken soms over en als je langs armere wijken rijdt is er ook nog het gevaar dat je een zwerfhond of kat aanrijdt. Kortom, rijden in Joburg is een zenuwslopende onderneming en een die ik niet snel zal aanraden. Afgelopen week heb ik, tot groot ongenoegen, mijn eerste grijze haren zien verschijnen.
En dan is er een tweede 'maar': de huisvesting. Ik logeerde bij goede vrienden in Edenvale. Ondanks dat de buurt veilig wordt genoemd, zijn alle ramen en deuren gebarricadeerd met tralies en hekken wat zo even naar buiten lopen (maar dus ook naar binnen) onmogelijk maakt. Voor iemand die gewend is om altijd alle ramen en deuren open te hebben, voelde ik me een gekooid vogeltje.
Afgelopen zondag reed ik terug naar Hoedspruit, waar ik sinds 2003 woon. Het moment dat ik door de Strydom Tunnel reed en vanuit de Transvaal Drakenbergen neerkeek op het uitgestrekte 'Lowveld' en de Olifants Rivier, keerde mijn innerlijke rust weer terug. Ik was weer thuis. Ja, ook hier is er (soms tergend) langzaam verkeer, koeien en geiten, honden en katten, grote gaten in de wegen (potholes) en mensen die het autorijden verboden zouden moeten worden, maar de schoonheid van het landschap en de ruimte om me heen doen dit alles teniet.
Na het slaken van een diepe zucht opende ik mijn raam om de typische kruidige geuren van het Afrikaanse bushveld te kunnen inademen, de zon op mijn gezicht, de wind door mijn haren. Alles viel weer op zijn plek, mijn grijze haren verdwenen. Terug naar mijn leven waar ik weer gewoon naar buiten kan lopen, onder de bomen kan zitten met een drankje, genietend van de ondergaande zon, luisterend naar het leven om me heen. De vogels, de wind, krekels, insecten, de 'stilte' van de natuur is overweldigend. En plotseling moest ik denken aan een gedicht dat ik een paar jaar geleden heb geschreven:
I feel no fear, no pain, no vain perplexity,
I feel deep, heartfelt joy that closely clings,
Lessons of love and earnest piety,
From all created things.
I feel, in every midge that hums,
Life, fugitive and infinite,
And suddenly the world becomes,
A part of me and I of it.